Frontale fibroserende alopecie
inhoud:
wat is frontale fibroserende alopecie?
de behandeling van frontale fibroserende alopecie
Wat is frontale fibroserende alopecie?
Bij frontale fibroserende alopecie (FFA) is er sprake van plaatselijke haaruitval in de voorste haarlijn van het behaarde hoofd. De aandoening komt vrijwel alleen voor bij vrouwen in de menopauze en is niet zeldzaam. FFA wordt beschouwd als een variant van lichen planopilaris.
Hoe ziet het eruit?
Er is sprake van plaatselijk haarverlies, soms met een lichte roodheid van de huid, vooral rond de haarfollikeltjes in de rand van het aangedane gebied. Ook littekentjes kunnen zichtbaar zijn.
Hoe ontstaat het?
Hoe FFA precies ontstaat is nog niet bekend. Gedacht wordt aan een autoimmuunreactie waarbij onderdelen van de haarzakjes worden aangevallen door het eigen afweersysteem. Waarom de aandoening zich uitsluitend presenteert in de voorste haarlijn en in hoeverre verandering van de hormoonbalans in de menopauze een rol speelt is niet duidelijk.
Hoe wordt de diagnose gesteld?
De diagnose wordt doorgaans gesteld op de klinische presentatie. Een biopt voor weefselonderzoek kan de diagnose ondersteunen maar levert vaak maar weinig extra informatie op. Om die reden laat de dermatoloog een biopt vaak achterwege.
Hoe wordt frontale fibroserende alopecie behandeld?
Frontale fibroserende alopecie is buitengewoon hardnekkig en reageert maar matig op behandeling. Een sterke corticosteroïdlotion kan het ontstekingsproces soms wel afremmen en de haaruitval vertragen. Behandelingen met ontstekingsremmende antibiotica en anti-malaria middelen (hydroxychloroquine) worden ook regelmatig voorgeschreven maar de resultaten zijn wisselend en de geneesmiddelen kúnnen vervelende bijwerkingen geven.
Uiteindelijk dooft de FFA weer uit, maar kan intussen wel aanzienlijk en onomkeerbaar haarverlies veroorzaakt hebben.
het haar
haaruitval
haaruitval bij vrouwen
alopecia areata
lichen planopilaris
Literatuur
Rácz E et al: Treatment of frontal fibrosing alopecia and lichen planopilaris: a systematic review. J Eur Acad Dermatol Venereol. 2013 Dec;27(12):1461-70